Lidwoord voor B-lymfocyt
1
de B-lymfocyt m
aanwijzend voornaamwoord
deze B-lymfocyt, die B-lymfocyt
dichtbij deze B-lymfocyt
verder weg die B-lymfocyt
betrekkelijk voornaamwoord
de B-lymfocyt die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun B-lymfocyt
onbepaald voornaamwoord
elke B-lymfocyt
buigings-e
de grote B-lymfocyt, een grote B-lymfocyt