Lidwoord voor T-lymfocyt
1
de T-lymfocyt m
aanwijzend voornaamwoord
deze T-lymfocyt, die T-lymfocyt
dichtbij deze T-lymfocyt
verder weg die T-lymfocyt
betrekkelijk voornaamwoord
de T-lymfocyt die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun T-lymfocyt
onbepaald voornaamwoord
elke T-lymfocyt
buigings-e
de grote T-lymfocyt, een grote T-lymfocyt