Lidwoord voor Boekenweek
1
de BoekenweekMERK v(m)
aanwijzend voornaamwoord
deze Boekenweek, die Boekenweek
dichtbij deze Boekenweek
verder weg die Boekenweek
betrekkelijk voornaamwoord
de Boekenweek die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun Boekenweek
onbepaald voornaamwoord
elke Boekenweek
buigings-e
de grote Boekenweek, een grote Boekenweek