Lidwoord voor IJssel
1
de IJssel m
aanwijzend voornaamwoord
deze IJssel, die IJssel
dichtbij deze IJssel
verder weg die IJssel
betrekkelijk voornaamwoord
de IJssel die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun IJssel
onbepaald voornaamwoord
elke IJssel
buigings-e
de grote IJssel, een grote IJssel