Lidwoord voor Schengenland
1
het Schengenland o
aanwijzend voornaamwoord
dit Schengenland, dat Schengenland
dichtbij dit Schengenland
verder weg dat Schengenland
betrekkelijk voornaamwoord
het Schengenland dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun Schengenland
onbepaald voornaamwoord
elk Schengenland
buigings-e
het grote Schengenland, een groot Schengenland