Lidwoord voor aardlaag
1
de aardlaag v(m)
aanwijzend voornaamwoord
deze aardlaag, die aardlaag
dichtbij deze aardlaag
verder weg die aardlaag
betrekkelijk voornaamwoord
de aardlaag die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun aardlaag
onbepaald voornaamwoord
elke aardlaag
buigings-e
de grote aardlaag, een grote aardlaag