Lidwoord voor amsterdammertje

1

het amsterdammertje o

aanwijzend voornaamwoord
dit amsterdammertje, dat amsterdammertje

dichtbij dit amsterdammertje

verder weg dat amsterdammertje

betrekkelijk voornaamwoord
het amsterdammertje dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun amsterdammertje
onbepaald voornaamwoord
elk amsterdammertje
buigings-e
het grote amsterdammertje, een groot amsterdammertje