Lidwoord voor autisme
1
het autisme o
aanwijzend voornaamwoord
dit autisme, dat autisme
dichtbij dit autisme
verder weg dat autisme
betrekkelijk voornaamwoord
het autisme dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun autisme
onbepaald voornaamwoord
elk autisme
buigings-e
het grote autisme, een groot autisme