Lidwoord voor gaullisme
1
het gaullisme o
aanwijzend voornaamwoord
dit gaullisme, dat gaullisme
dichtbij dit gaullisme
verder weg dat gaullisme
betrekkelijk voornaamwoord
het gaullisme dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun gaullisme
onbepaald voornaamwoord
elk gaullisme
buigings-e
het grote gaullisme, een groot gaullisme