Lidwoord voor bandenlichter
1
de bandenlichter m
aanwijzend voornaamwoord
deze bandenlichter, die bandenlichter
dichtbij deze bandenlichter
verder weg die bandenlichter
betrekkelijk voornaamwoord
de bandenlichter die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun bandenlichter
onbepaald voornaamwoord
elke bandenlichter
buigings-e
de grote bandenlichter, een grote bandenlichter