Lidwoord voor bandoneon

1

het bandoneon o

aanwijzend voornaamwoord
dit bandoneon, dat bandoneon

dichtbij dit bandoneon

verder weg dat bandoneon

betrekkelijk voornaamwoord
het bandoneon dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun bandoneon
onbepaald voornaamwoord
elk bandoneon
buigings-e
het grote bandoneon, een groot bandoneon