Lidwoord voor bot
1
de bot m
computerprogramma, robot
aanwijzend voornaamwoord
deze bot, die bot
dichtbij deze bot
verder weg die bot
betrekkelijk voornaamwoord
de bot die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun bot
onbepaald voornaamwoord
elke bot
buigings-e
de grote bot, een grote bot
2
de bot m
platvis
aanwijzend voornaamwoord
deze bot, die bot
dichtbij deze bot
verder weg die bot
betrekkelijk voornaamwoord
de bot die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun bot
onbepaald voornaamwoord
elke bot
buigings-e
de grote bot, een grote bot
3
het bot o
orgaan
aanwijzend voornaamwoord
dit bot, dat bot
dichtbij dit bot
verder weg dat bot
betrekkelijk voornaamwoord
het bot dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun bot
onbepaald voornaamwoord
elk bot
buigings-e
het grote bot, een groot bot
4
de bot v(m)
laars
aanwijzend voornaamwoord
deze bot, die bot
dichtbij deze bot
verder weg die bot
betrekkelijk voornaamwoord
de bot die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun bot
onbepaald voornaamwoord
elke bot
buigings-e
de grote bot, een grote bot