Lidwoord voor buis

1

het buis o

wambuis
aanwijzend voornaamwoord
dit buis, dat buis

dichtbij dit buis

verder weg dat buis

betrekkelijk voornaamwoord
het buis dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun buis
onbepaald voornaamwoord
elk buis
buigings-e
het grote buis, een groot buis
2

de buis v(m)

onvoldoende, televisietoestel, voorwerp
aanwijzend voornaamwoord
deze buis, die buis

dichtbij deze buis

verder weg die buis

betrekkelijk voornaamwoord
de buis die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun buis
onbepaald voornaamwoord
elke buis
buigings-e
de grote buis, een grote buis

Woorden die lijken op buis