Lidwoord voor computertijd
1
de computertijd m
aanwijzend voornaamwoord
deze computertijd, die computertijd
dichtbij deze computertijd
verder weg die computertijd
betrekkelijk voornaamwoord
de computertijd die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun computertijd
onbepaald voornaamwoord
elke computertijd
buigings-e
de grote computertijd, een grote computertijd