Lidwoord voor francium
1
het francium o
aanwijzend voornaamwoord
dit francium, dat francium
dichtbij dit francium
verder weg dat francium
betrekkelijk voornaamwoord
het francium dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun francium
onbepaald voornaamwoord
elk francium
buigings-e
het grote francium, een groot francium