Lidwoord voor generatiekloof
1
de generatiekloof v(m)
aanwijzend voornaamwoord
deze generatiekloof, die generatiekloof
dichtbij deze generatiekloof
verder weg die generatiekloof
betrekkelijk voornaamwoord
de generatiekloof die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun generatiekloof
onbepaald voornaamwoord
elke generatiekloof
buigings-e
de grote generatiekloof, een grote generatiekloof