Lidwoord voor germanist
1
de germanist m
aanwijzend voornaamwoord
deze germanist, die germanist
dichtbij deze germanist
verder weg die germanist
betrekkelijk voornaamwoord
de germanist die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun germanist
onbepaald voornaamwoord
elke germanist
buigings-e
de grote germanist, een grote germanist