Lidwoord voor geschiedenisboek
1
het geschiedenisboek o
aanwijzend voornaamwoord
dit geschiedenisboek, dat geschiedenisboek
dichtbij dit geschiedenisboek
verder weg dat geschiedenisboek
betrekkelijk voornaamwoord
het geschiedenisboek dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun geschiedenisboek
onbepaald voornaamwoord
elk geschiedenisboek
buigings-e
het grote geschiedenisboek, een groot geschiedenisboek