Lidwoord voor infrastructuur
1
de infrastructuur v
aanwijzend voornaamwoord
deze infrastructuur, die infrastructuur
dichtbij deze infrastructuur
verder weg die infrastructuur
betrekkelijk voornaamwoord
de infrastructuur die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun infrastructuur
onbepaald voornaamwoord
elke infrastructuur
buigings-e
de grote infrastructuur, een grote infrastructuur