Lidwoord voor kiesdistrict
1
het kiesdistrict o
aanwijzend voornaamwoord
dit kiesdistrict, dat kiesdistrict
dichtbij dit kiesdistrict
verder weg dat kiesdistrict
betrekkelijk voornaamwoord
het kiesdistrict dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun kiesdistrict
onbepaald voornaamwoord
elk kiesdistrict
buigings-e
het grote kiesdistrict, een groot kiesdistrict