Lidwoord voor kinderpostzegel
1
de kinderpostzegel m
aanwijzend voornaamwoord
deze kinderpostzegel, die kinderpostzegel
dichtbij deze kinderpostzegel
verder weg die kinderpostzegel
betrekkelijk voornaamwoord
de kinderpostzegel die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun kinderpostzegel
onbepaald voornaamwoord
elke kinderpostzegel
buigings-e
de grote kinderpostzegel, een grote kinderpostzegel