Lidwoord voor kraamhulp

1

de kraamhulp v(m)

kraamverpleging
aanwijzend voornaamwoord
deze kraamhulp, die kraamhulp

dichtbij deze kraamhulp

verder weg die kraamhulp

betrekkelijk voornaamwoord
de kraamhulp die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun kraamhulp
onbepaald voornaamwoord
elke kraamhulp
buigings-e
de grote kraamhulp, een grote kraamhulp
2

de kraamhulp m/v

kraamverzorgende
aanwijzend voornaamwoord
deze kraamhulp, die kraamhulp

dichtbij deze kraamhulp

verder weg die kraamhulp

betrekkelijk voornaamwoord
de kraamhulp die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun kraamhulp
onbepaald voornaamwoord
elke kraamhulp
buigings-e
de grote kraamhulp, een grote kraamhulp