Lidwoord voor kraamverpleegster
1
de kraamverpleegster v
aanwijzend voornaamwoord
deze kraamverpleegster, die kraamverpleegster
dichtbij deze kraamverpleegster
verder weg die kraamverpleegster
betrekkelijk voornaamwoord
de kraamverpleegster die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun kraamverpleegster
onbepaald voornaamwoord
elke kraamverpleegster
buigings-e
de grote kraamverpleegster, een grote kraamverpleegster