Lidwoord voor luchtfilter
1
het/de luchtfilter o+m
aanwijzend voornaamwoord
dit luchtfilter, dat luchtfilter
dichtbij dit luchtfilter
verder weg dat luchtfilter
betrekkelijk voornaamwoord
het luchtfilter dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun luchtfilter
onbepaald voornaamwoord
elk luchtfilter
buigings-e
het grote luchtfilter, een groot luchtfilter
aanwijzend voornaamwoord
deze luchtfilter, die luchtfilter
dichtbij deze luchtfilter
verder weg die luchtfilter
betrekkelijk voornaamwoord
de luchtfilter die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun luchtfilter
onbepaald voornaamwoord
elke luchtfilter
buigings-e
de grote luchtfilter, een grote luchtfilter