Lidwoord voor nationaliteit
1
de nationaliteit v
aanwijzend voornaamwoord
deze nationaliteit, die nationaliteit
dichtbij deze nationaliteit
verder weg die nationaliteit
betrekkelijk voornaamwoord
de nationaliteit die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun nationaliteit
onbepaald voornaamwoord
elke nationaliteit
buigings-e
de grote nationaliteit, een grote nationaliteit
Woorden die lijken op nationaliteit
actualiteitadmiraliteitbestialiteitcapillariteitcausaliteitcriminaliteitfaciliteitfamiliariteitfiscaliteitfutiliteitgenialiteitlokaliteitloyaliteitmodaliteitmoraliteitmutualiteitneutraliteitnormaliteitoriginaliteitpenaliteitrationalismerivaliteitsaliniteitsentimentaliteittrivialiteitutiliteitvitaliteit