Lidwoord voor orgelconcert
1
het orgelconcert o
aanwijzend voornaamwoord
dit orgelconcert, dat orgelconcert
dichtbij dit orgelconcert
verder weg dat orgelconcert
betrekkelijk voornaamwoord
het orgelconcert dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun orgelconcert
onbepaald voornaamwoord
elk orgelconcert
buigings-e
het grote orgelconcert, een groot orgelconcert