Lidwoord voor persoonlijkheidsrecht
1
het persoonlijkheidsrecht o
aanwijzend voornaamwoord
dit persoonlijkheidsrecht, dat persoonlijkheidsrecht
dichtbij dit persoonlijkheidsrecht
verder weg dat persoonlijkheidsrecht
betrekkelijk voornaamwoord
het persoonlijkheidsrecht dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun persoonlijkheidsrecht
onbepaald voornaamwoord
elk persoonlijkheidsrecht
buigings-e
het grote persoonlijkheidsrecht, een groot persoonlijkheidsrecht