Lidwoord voor preludium
1
het preludium o
aanwijzend voornaamwoord
dit preludium, dat preludium
dichtbij dit preludium
verder weg dat preludium
betrekkelijk voornaamwoord
het preludium dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun preludium
onbepaald voornaamwoord
elk preludium
buigings-e
het grote preludium, een groot preludium