Lidwoord voor projector
1
de projector m
aanwijzend voornaamwoord
deze projector, die projector
dichtbij deze projector
verder weg die projector
betrekkelijk voornaamwoord
de projector die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun projector
onbepaald voornaamwoord
elke projector
buigings-e
de grote projector, een grote projector