Lidwoord voor reader
1
de reader m
aanwijzend voornaamwoord
deze reader, die reader
dichtbij deze reader
verder weg die reader
betrekkelijk voornaamwoord
de reader die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun reader
onbepaald voornaamwoord
elke reader
buigings-e
de grote reader, een grote reader