Lidwoord voor herder
1
de herder m
hoeder, pastor
aanwijzend voornaamwoord
deze herder, die herder
dichtbij deze herder
verder weg die herder
betrekkelijk voornaamwoord
de herder die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun herder
onbepaald voornaamwoord
elke herder
buigings-e
de grote herder, een grote herder
2
de herder m
herdershond
aanwijzend voornaamwoord
deze herder, die herder
dichtbij deze herder
verder weg die herder
betrekkelijk voornaamwoord
de herder die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun herder
onbepaald voornaamwoord
elke herder
buigings-e
de grote herder, een grote herder