Lidwoord voor rijksdienst
1
de rijksdienst m
aanwijzend voornaamwoord
deze rijksdienst, die rijksdienst
dichtbij deze rijksdienst
verder weg die rijksdienst
betrekkelijk voornaamwoord
de rijksdienst die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun rijksdienst
onbepaald voornaamwoord
elke rijksdienst
buigings-e
de grote rijksdienst, een grote rijksdienst