Lidwoord voor schouw
1
de schouw m
inspectie
aanwijzend voornaamwoord
deze schouw, die schouw
dichtbij deze schouw
verder weg die schouw
betrekkelijk voornaamwoord
de schouw die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun schouw
onbepaald voornaamwoord
elke schouw
buigings-e
de grote schouw, een grote schouw
2
de schouw v(m)
schoorsteen, schoorsteenmantel, stookplaats, vissersboot
aanwijzend voornaamwoord
deze schouw, die schouw
dichtbij deze schouw
verder weg die schouw
betrekkelijk voornaamwoord
de schouw die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun schouw
onbepaald voornaamwoord
elke schouw
buigings-e
de grote schouw, een grote schouw