Lidwoord voor speelleerklas
1
de speelleerklas v
aanwijzend voornaamwoord
deze speelleerklas, die speelleerklas
dichtbij deze speelleerklas
verder weg die speelleerklas
betrekkelijk voornaamwoord
de speelleerklas die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun speelleerklas
onbepaald voornaamwoord
elke speelleerklas
buigings-e
de grote speelleerklas, een grote speelleerklas