Lidwoord voor spermadonor
1
de spermadonor m
aanwijzend voornaamwoord
deze spermadonor, die spermadonor
dichtbij deze spermadonor
verder weg die spermadonor
betrekkelijk voornaamwoord
de spermadonor die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun spermadonor
onbepaald voornaamwoord
elke spermadonor
buigings-e
de grote spermadonor, een grote spermadonor