Lidwoord voor verkiezingsstrijd
1
de verkiezingsstrijd m
aanwijzend voornaamwoord
deze verkiezingsstrijd, die verkiezingsstrijd
dichtbij deze verkiezingsstrijd
verder weg die verkiezingsstrijd
betrekkelijk voornaamwoord
de verkiezingsstrijd die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun verkiezingsstrijd
onbepaald voornaamwoord
elke verkiezingsstrijd
buigings-e
de grote verkiezingsstrijd, een grote verkiezingsstrijd