Lidwoord voor vrijdenker
1
de vrijdenker m
aanwijzend voornaamwoord
deze vrijdenker, die vrijdenker
dichtbij deze vrijdenker
verder weg die vrijdenker
betrekkelijk voornaamwoord
de vrijdenker die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun vrijdenker
onbepaald voornaamwoord
elke vrijdenker
buigings-e
de grote vrijdenker, een grote vrijdenker