Lidwoord voor zeeppoeder

1

het/de zeeppoeder o+m

aanwijzend voornaamwoord
dit zeeppoeder, dat zeeppoeder

dichtbij dit zeeppoeder

verder weg dat zeeppoeder

betrekkelijk voornaamwoord
het zeeppoeder dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun zeeppoeder
onbepaald voornaamwoord
elk zeeppoeder
buigings-e
het grote zeeppoeder, een groot zeeppoeder

aanwijzend voornaamwoord
deze zeeppoeder, die zeeppoeder

dichtbij deze zeeppoeder

verder weg die zeeppoeder

betrekkelijk voornaamwoord
de zeeppoeder die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun zeeppoeder
onbepaald voornaamwoord
elke zeeppoeder
buigings-e
de grote zeeppoeder, een grote zeeppoeder

Woorden die lijken op zeeppoeder