Lidwoord voor zoek
1
de zoek m
aanwijzend voornaamwoord
deze zoek, die zoek
dichtbij deze zoek
verder weg die zoek
betrekkelijk voornaamwoord
de zoek die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun zoek
onbepaald voornaamwoord
elke zoek
buigings-e
de grote zoek, een grote zoek