Lidwoord voor zwemparadijs
1
het zwemparadijs o
aanwijzend voornaamwoord
dit zwemparadijs, dat zwemparadijs
dichtbij dit zwemparadijs
verder weg dat zwemparadijs
betrekkelijk voornaamwoord
het zwemparadijs dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun zwemparadijs
onbepaald voornaamwoord
elk zwemparadijs
buigings-e
het grote zwemparadijs, een groot zwemparadijs