Lidwoord voor afstandsonderwijs
1
het afstandsonderwijs o
aanwijzend voornaamwoord
dit afstandsonderwijs, dat afstandsonderwijs
dichtbij dit afstandsonderwijs
verder weg dat afstandsonderwijs
betrekkelijk voornaamwoord
het afstandsonderwijs dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun afstandsonderwijs
onbepaald voornaamwoord
elk afstandsonderwijs
buigings-e
het grote afstandsonderwijs, een groot afstandsonderwijs