Lidwoord voor contactonderwijs
1
het contactonderwijs o
aanwijzend voornaamwoord
dit contactonderwijs, dat contactonderwijs
dichtbij dit contactonderwijs
verder weg dat contactonderwijs
betrekkelijk voornaamwoord
het contactonderwijs dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun contactonderwijs
onbepaald voornaamwoord
elk contactonderwijs
buigings-e
het grote contactonderwijs, een groot contactonderwijs