Lidwoord voor datumstempel
1
het/de datumstempel o+m
aanwijzend voornaamwoord
dit datumstempel, dat datumstempel
dichtbij dit datumstempel
verder weg dat datumstempel
betrekkelijk voornaamwoord
het datumstempel dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun datumstempel
onbepaald voornaamwoord
elk datumstempel
buigings-e
het grote datumstempel, een groot datumstempel
aanwijzend voornaamwoord
deze datumstempel, die datumstempel
dichtbij deze datumstempel
verder weg die datumstempel
betrekkelijk voornaamwoord
de datumstempel die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun datumstempel
onbepaald voornaamwoord
elke datumstempel
buigings-e
de grote datumstempel, een grote datumstempel