Lidwoord voor diagnose
1
de diagnose v
aanwijzend voornaamwoord
deze diagnose, die diagnose
dichtbij deze diagnose
verder weg die diagnose
betrekkelijk voornaamwoord
de diagnose die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun diagnose
onbepaald voornaamwoord
elke diagnose
buigings-e
de grote diagnose, een grote diagnose