Lidwoord voor hulptroepen
1
de hulptroepen meervoud
aanwijzend voornaamwoord
deze hulptroepen, die hulptroepen
dichtbij deze hulptroepen
verder weg die hulptroepen
betrekkelijk voornaamwoord
de hulptroepen die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun hulptroepen
onbepaald voornaamwoord
elke hulptroepen
buigings-e
de grote hulptroepen, een grote hulptroepen