Lidwoord voor kaneel

1

het/de kaneel o+m

aanwijzend voornaamwoord
dit kaneel, dat kaneel

dichtbij dit kaneel

verder weg dat kaneel

betrekkelijk voornaamwoord
het kaneel dat
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, ons, jullie, hun kaneel
onbepaald voornaamwoord
elk kaneel
buigings-e
het grote kaneel, een groot kaneel

aanwijzend voornaamwoord
deze kaneel, die kaneel

dichtbij deze kaneel

verder weg die kaneel

betrekkelijk voornaamwoord
de kaneel die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun kaneel
onbepaald voornaamwoord
elke kaneel
buigings-e
de grote kaneel, een grote kaneel

Woorden die lijken op kaneel