Lidwoord voor kruizemunt
1
de kruizemunt v(m)
aanwijzend voornaamwoord
deze kruizemunt, die kruizemunt
dichtbij deze kruizemunt
verder weg die kruizemunt
betrekkelijk voornaamwoord
de kruizemunt die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun kruizemunt
onbepaald voornaamwoord
elke kruizemunt
buigings-e
de grote kruizemunt, een grote kruizemunt