Lidwoord voor menopauze

1

de menopauze v(m)

aanwijzend voornaamwoord
deze menopauze, die menopauze

dichtbij deze menopauze

verder weg die menopauze

betrekkelijk voornaamwoord
de menopauze die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun menopauze
onbepaald voornaamwoord
elke menopauze
buigings-e
de grote menopauze, een grote menopauze