Lidwoord voor paddel
1
de paddel m
aanwijzend voornaamwoord
deze paddel, die paddel
dichtbij deze paddel
verder weg die paddel
betrekkelijk voornaamwoord
de paddel die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun paddel
onbepaald voornaamwoord
elke paddel
buigings-e
de grote paddel, een grote paddel