Lidwoord voor playlist
1
de playlist v(m)
aanwijzend voornaamwoord
deze playlist, die playlist
dichtbij deze playlist
verder weg die playlist
betrekkelijk voornaamwoord
de playlist die
bezittelijk voornaamwoord
mijn, jouw, uw, zijn, haar, onze, jullie, hun playlist
onbepaald voornaamwoord
elke playlist
buigings-e
de grote playlist, een grote playlist